Wie helpen pensioenfondsen aan lokale impact deals?

Er ontstaat in Nederland een ecosysteem van impactinvesteerders

7 mei 2024
Opinie

Steeds meer pensioenfondsen willen met investeringen de wereld verbeteren. Daarbij zien we een toenemende behoefte om lokale impact te maken. Hoe kunnen ze dat doen?

Willem SchramadePensioenfondsen hebben grofweg twee manieren om de wereld te verbeteren, schreef ik in mijn vorige blog: kapitaal verschuiven van negatieve naar positieve externaliteiten; en bestaande activa verbeteren. Maar die twee richtingen zijn op allerlei manieren in te vullen. Pensioenfondsen geven dus aan dat ze zich meer willen richten op lokale impact. Zo kondigde ABP niet alleen aan om €30 miljard in impact te willen investeren, maar ook dat €10 miljard daarvan in Nederland gaat plaatsvinden.

Lokale impact met private assets

Lokale impact maken betekent meestal een investering in private assets. Dat is weg van de comfortzone van passief beleggen in publieke markten; naar de wereld van private deals, met weinig liquiditeit, langere looptijden, andere netwerken, etc. Daar komen andere soorten kennis en ervaring bij kijken. En wie zijn de partijen die de impact deals kunnen realiseren? Er ontstaat in Nederland een ecosysteem van impactinvesteerders, die een grote behoefte hebben aan kapitaal. Maar de relaties met de pensioensector zijn nog niet sterk. Veel mensen in de pensioensector zijn er nauwelijks mee bekend, dus laten we een kort rondje maken.

De spin in het web: Invest-NL

Staatsinvesteringsfonds Invest-NL biedt geduldig kapitaal aan ondernemers die Nederland duurzamer en innovatiever willen maken. Het financiert zowel ondernemingen als investeringsfondsen en “Innovatieve scale-ups die zich bezighouden met de transitie naar een carbon-neutrale en circulaire economie hebben onze speciale aandacht”.

Invest-NL zet niet alleen zijn eigen kapitaal in, maar speelt ook een belangrijke rol in het ontwikkelen van markten en waardeketens in transitie. Daarnaast is Invest-NL regiepartij in het samenbrengen van publieke (Nederlandse en Europese) en private financiering. Invest-NL kan zo anderen - zoals pensioenfondsen - helpen om met meer impact in Nederland te investeren.

Impact investeringsfondsen

Er zijn intussen al behoorlijk wat impact investeringsfondsen, die doorgaans eigen vermogen verschaffen. Zo investeren partijen als PYMWYMIC, Startgreen, 4Impact, iFund en Rubio Impact Ventures in innovatieve ondernemers die de wereld willen verbeteren. Er zijn nog veel meer impactfondsen, vooral aan de Venture Capital kant. Maar ook groeikapitaal (o.a. SevenGen) en buy-outs (o.a. Mentha) zijn in opkomst, wat suggereert dat de markt volwassener aan het worden is – en aantrekkelijker voor pensioenfondsen.

Specialisatie

Carbon Equity is een impact fund of fund dat via Venture Capital (VC) en Private Equity (PE) partijen investeert in kleine bedrijven die klimaattechnologie ontwikkelen, deels hier in Nederland. Een dergelijke sectorale of thematische focus komt wel vaker voor. Zo doet Innovation Industries VC en PE investeringen in ‘deep tech’ bedrijven met een focus op duurzaamheid en schaalbaarheid. Shift Invest investeert in early-stage bedrijven die positieve impact maken op klimaat en natuur. Infinity Recycling is een groei investeerder met focus op circulaire plastics.

Ook impact in privaat vreemd vermogen

Impact private debt komt (vooralsnog) aanzienlijk minder voor. Polestar Capital is hierin een uitzondering. Het biedt in zijn circular debt fund een financieringsoplossing voor innovatieve duurzame productieondernemingen. En binnenkort komt het met een e-mobility & infrastructure strategie specifiek voor het versnellen van de transitie naar zero-emissies in de logistieke sector. Dergelijke leningen (circa €5-75 miljoen) zijn momenteel nog te risicovol of te complex voor banken, maar Polestar Capital kan ze dankzij specialisatie wel aan.

Meer gezonde en betaalbare woningen

In een eerdere blog noemde ik de gezamenlijke investering van ABP, BpfBouw en Bouwinvest in huur- en zorgwoningen om de woningnood aan te pakken. Bouwinvest is daarin de dealmaker, en zet nadrukkelijke in op woningen die ten eerste betaalbaar zijn voor lagere inkomensgroepen; ten tweede dat woningen zowel passend worden toegewezen op basis van de doelgroep als op basis van het huishouden; en ten derde goed zijn voor gezondheid en welzijn – bijvoorbeeld door een goed indoorklimaat, veiligheid en toegang tot sociale activiteiten.

Bestaande woningvoorraad vergroenen

Er ligt ook een enorme opgave in het vergroenen van de bestaande woningvoorraad. Het Nationaal Warmtefonds biedt daarvoor laagdrempelige financiering, met Polestar. Maar ook hypotheekadviseur Viisi is daarvoor uitstekend gepositioneerd. Met een klantenbasis van hoogopgeleiden krijgt het zeer veel hypotheekaanvragen voor oude woningen in de steden. De vergroeningsinvesteringen kunnen dan gelijk meegenomen worden in het hypotheekadvies aan woningkopers. Zo kan vergroening veel laagdrempeliger en sneller plaatsvinden.

Regionale ontwikkelingsmaatschappijen (ROMs)

Ook zijn er de ROMs, die gericht zijn op regionale impact. “De regionale ontwikkelingsmaatschappij is een onderneming met publieke aandeelhouders, gericht op het versterken van de economie en werkgelegenheid in een regio”, aldus ROM Nederland dat een lijst geeft van de ROMs, die ook veel informatie op hun eigen websites hebben staan: Horizon (Flevoland), Oost NL (Gelderland & Overijssel), Innovation Quarter (Zuid-Holland), LIOF (Limburg), NOM (Drenthe, Friesland en Groningen), Impuls Zeeland, Rom InWest (Noord-Holland) en ROM Utrecht Region. Daarnaast zijn er de regionale energiefondsen die op provinciaal of stedelijk niveau de energietransitie proberen te versnellen.

Dwarsverbanden in het ecosysteem

De bovenstaande partijen komen op allerlei manieren met elkaar in aanraking. Zo waren bij een recente financieringsronde van Mosa Meat, “de Limburgse pionier in de productie van kweekvlees”, o.a. Invest-NL, LIOF (de Limburgse ROM) en Polestar Capital (via het Limburgs Energiefonds, LEF) betrokken.

Het ecosysteem bestaat ook uit partijen waar pensioenfondsen weliswaar niet in kunnen investeren, maar die wel interessante bronnen van kennis en waardecreatie zijn. De grote steden kennen allerlei initiatieven om startups te helpen en lokale ecosystemen te creëren. Zo is er bijvoorbeeld Up!Rotterdam, dat starters een ‘Investor readiness program Green & Sustainable’ aanbiedt. Denk ook aan incubators die nieuwe bedrijven helpen met starten en groeien. Het Rotterdamse Fresh Ventures is een startup studio die startende ondernemers helpt die het verschil willen maken met circulaire en regeneratieve voeding. En hier is een lijst te vinden van venture builders in de regio Amsterdam. Greyt biedt startups en scaleups ervaren parttime CFOs en controllers; en brengt hen in contact met investeerders.

Verder zijn er organisaties die gericht zijn op het versterken van bepaalde sectorale ecosystemen. Zo brengt RotterdamSquare onderwijs, bedrijven en faciliteiten samen op het gebied van Life Sciences & Health in de regio Rotterdam. Kortom, er is heel veel kennis en kunde, maar die lijkt wel vrij gefragmenteerd te zijn.

Impact meten en netwerkeffecten

Hoewel ik hierboven tientallen namen noem, is dit nog maar een klein deel van het ecosysteem. Een echt overzicht heb ik niet. Wel valt me een aantal zaken op.

Ten eerste zijn veel partijen hard bezig om hun impact beter meetbaar te maken – zowel om zelf betere beslissingen te nemen, als om de impact beter te kunnen laten zien aan investeerders verderop in de keten. En er zijn allerlei partijen die gespecialiseerd zijn in impact meting, zoals Cigarbox, ImpactHouse by Grant Thornton en Salacia Solutions. En natuurlijk is er Impact Institute, dat meehielp de impact statements van o.a. Alliander en ABN AMRO te ontwikkelen.

Ten tweede is duidelijk dat deze partijen veel met elkaar samenwerken. Ze hebben elkaar nodig en versterken elkaar. De potentiële netwerkeffecten zijn groot. Met betere uitwisseling van informatie en sectorspecialisatie kan het ecosysteem sterker en effectiever worden.

Pensioenfondsen kunnen daar een grotere rol in spelen dan ze tot nog toe hebben gedaan. Met hun investeringen, expertise en wensen kunnen meer impact hebben en anderen helpen meer impact te hebben – ‘shaping the field’, zoals Marti et al. (2023) dat noemen. Ik kijk uit naar vervolgonderzoek dat de omvang en werking van het Nederlandse impact investeringsecosysteem beter in kaart brengt, inclusief de methoden die investeerders daarin gebruiken.

Gedisciplineerd experimenteren

Natuurlijk is het wel zaak dat pensioenfondsen gedisciplineerd blijven. Het risico van early stage investeringen is namelijk groot. Er bestaat bij private asset het risico op excessieve fees (zie o.a. het werk van Oxford professor Ludovic Phalippou); en er zijn ook private assets die een zeer negatieve impact hebben (zie o.a. het boek Our Lives in Their Portfolios van Brett Christophers). Maar laat dit echter niet de zoveelste excuses zijn om weinig of niets te doen. De voornaamste drempels lijken vooral mentaal. Onbekend maakt onbemind.

Blogserie

Deze blog is de derde in een serie over pensioeninvesteringen. Mijn andere serie gaat over CFOs en brede waardecreatie door CFOs en brede waardecreatie door ondernemingen. Reactie zijn welkom: w.schramade@nyenrode.nl.

Conferentie Toekomstgericht Investeren

Op 29 mei 2024, tijdens de conferentie Toekomstgericht investeren; bouwen aan synergie tussen start/scale-ups en pensioenfondsen, spreken we met Willem en andere experts uit het veld over de positieve impact die pensioenfondsen kunnen maken. Hoe herken je impact? Hoe maak je impact zonder financiële doelen uit het oog te verliezen? Meer informatie over de conferentie vind je hier.

Prof. dr. Willem Schramade is hoogleraar Finance aan Nyenrode Business Universiteit. Hij maakt deel uit van Nyenrode's Faculty Centre for Corporate Reporting, Finance & Tax.

Nyenrode Nieuwsbrief

Nyenrode deelt kennis met nieuwsgierige professionals. Abonneer je op News@Nyenrode voor al het Nyenrodenieuws.